Beginpagina van Plantaardigheden.nl
 

Leesmaar.nl
Dodoens en andere bijzondere boeken

Sitemap
Index

Plantaardigheden.nl
Artikelen over planten

Leeswerk.nl
Plantenboeken opengelegd

1554 Cruijdeboeck met transcriptie (overgeschreven)
A | B | C | D | E | F | G| H | IJK | L | M | N | O | P | QR | S | T | U | V | WXYZ

Voorwerk Nederlandse, Duitse, Franse, apothekers-, Latijnse en Griekse namen

Deel 1

Deel 2

Deel 3

Deel 4

Deel 5

Deel 6 Van der boomen, haghen, ende alle houtachtighe gewassen, en van huerder vruchten, gummen ende sapen ondersceet, fatsoen, naem, natuere, cracht ende werkinghe Planten Alfabetisch

Register van die cracht der Cruyden
 
Oude Nederlandse namen
* Project Dodoens
Woordenboek Nederlandsche Taal
Plantago PlantIndex
Letter: druk op CTRL, draai ook aan muiswiel
Bijgewerkt 28-04-2023

«  Cruijdeboeck deel 6 capitel 78, bladzijde 811-812  Zie volgende pagina »

Van Pijnboom.   Cap. lxxviii.

Pinus pinea - Parasolden

Pinus sylvestris - Grove den

Pinus mugo - Bergden

Pinus cembra - Alpenden

Pinus pinaster - Zeeden (variëteit), is misschien Pinus nigra var. maritima - Corsicaanse den

Pinus pinaster - Zeeden

 

Tgheslacht

Die Pijnboom es tweederleye als die oude Theophrastus scrijft/ Tam ende Wildt.

Tfatsoen

Pinus pinea - Parasolden

Pitys, Pinus, Pinus sativa, tamme Pijnboom

  • 1644 Vlaams: Pijnappelboom, Pijnboom (Tamme) (vrucht: Pijnappelen, Pingels oft Pyngels)
  • 1616 Latijn: Pinus (vrucht: Conus, Nux pinea) [860]
  • 1554/1557: Conus, Hartzbaum, Kinholtz, Nuces pineae, Nux pinea, Pignons, Pin, Pinus, Pinus sativa, Pomme de pin, Pynappelen, Pynboom, Resina pinea, Resina pini, Resina strobilina, Teda, Zyrbel

 

   Noot: Clusius (1557) geeft de (correcte) Griekse naam Peuce en onderscheidt de volgende soorten:
1  

Pinus pinea - Parasolden

 

Peuce hemera, Pinus sativa, Pijnboom

  • 1644 Vlaams: Pijnappelboom, Pijnboom (Tamme) (vrucht: Pijnappelen, Pingels oft Pyngels)
  • 1616 Latijn: Pinus (vrucht: Conus, Nux pinea) [860]
  • 1554/1557: Conus, Hartzbaum, Kinholtz, Nuces pineae, Nux pinea, Pignons, Pin, Pinus, Pinus sativa, Pomme de pin, Pynappelen, Pynboom, Resina pinea, Resina pini, Resina strobilina, Teda, Zyrbel
2  
 

Peuce agria, Pinus sylvester, Pinaster, wilde Pijnboom.

   
Onderverdeeld in:  
2a  

Pinus sylvestris - Grove den

Pinus Tarentina (Plinius)
  • 1644 Vlaams: Herstboom, Pijnboom (Eersten Wilden oft Eersten Wilden Bergh-) (vrucht: Wilde Pijnappelen)
  • 1616 Latijn: Pinus silvestris sive Pinaster (vrucht: Conus) [860]
  • 1554/1557: Aleve, Conus, Elve, Fichtenbaum, Forenholtz, Fuerenholtz, Hartzbaum, Kinholtz, Kyfferholtz, Nux pinea, Pin, Pin sauvage, Pinaster, Pinus, Pinus sylvester, Pinus Tarentina (Plinius), Pomme de pin, Pynappelen, Pynboom, Pynboom (wilde), Resina pinea, Resina pini, Resina strobilina, Teda, Zyrbel
2b  

Pinus mugo - Bergden

Chamaipeuce, Pinus terrestris, Humilis pinus
  • 1644 Vlaams: Pijnboom (Derden Wilden oft Derden Wilden Bergh-)
  • 1616 Latijn: Pinis silvestris tertia [860]
  • 1554/1557: Conus, Hartzbaum, Kinholtz, Mughi, Nux pinea, Pin, Pinus, Pinus humilis, Pinus terrestris, Pomme de pin, Pynappelen, Pynboom, Resina pinea, Resina pini, Resina strobilina, Teda, Zyrbel
2c  

Pinus cembra - Alpenden

 

Cembri, Cirmoli (Italiaanse namen)
  • 1644 Vlaams: Pijnboom (Tweeden Wilden oft Tweeden Wilden Bergh-)
  • 1616 Latijn: Pinus silvestris altera [860]
  • 1554/1557: Cembri, Cirmoli, Conus, Hartzbaum, Kinholtz, Nux pinea, Pin, Pinus, Pomme de pin, Pynappelen, Pynboom, Resina pinea, Resina pini, Resina strobilina, Suiffe (Belon), Teda, Zyrbel
2d  

Pinus pinaster - Zeeden (variëteit), is misschien Pinus nigra var. maritima - Corsicaanse den

Peuce Idea, Pinus Idea

2e  

Pinus pinaster - Zeeden

Peuce paralia, Pinus marina
  • 1644 Vlaams: Pijnboom (Grooten Zee-)
  • 1616 Latijn: Pinus maritima maior [861]
  • 1554/1557: Conus, Hartzbaum, Kinholtz, Nux pinea, Pin, Pin marin, Pinus, Pinus marina, Pomme de pin, Pynappelen, Pynboom, Resina pinea, Resina pini, Resina strobilina, Teda, Zyrbel

Die tamme Pijnboom wordt hoogh ende groot/ hy crijght aen dopperste vele tacken/ die huer wederom in andere ronde tacxkens verdeylen. Die altsamen rontsomme beset sijn met cleyne hayrachtighe herde ende schier stekende bladerkens/ die seer smal sijn/ ende van verwen witachtich gruen. Die vruchten sijn groote castaniebruyne bollen (diemen hier te lande Pijnappelen heet) in die welcke groeyen cleyne nootkens/ in die welcke witte keernen ligghen die suet sijn/ ende in der medecijnen veel ghebruyckt worden.

Pinus sylvestris - Grove den

 

Pitys agria, Pinus sylvestris, Pinaster, wilde Pijnboom (Vuerenhout)

(vrucht) Conos, Conus, Nux pinea, Pijappele, (zaad) Strobiloi, Coccali (Nuces pineae),

(hars, "een schoone claere vetticheyt"), Herst (bij Clusius Das, Dadion, Teda, vergelijk
Cruijdeboeck deel 6, hoofdstuk 79)

  • 1644 Vlaams: Herstboom, Pijnboom (Eersten Wilden oft Eersten Wilden Bergh-) (vrucht: Wilde Pijnappelen)
  • 1616 Latijn: Pinus silvestris sive Pinaster (vrucht: Conus) [860]
  • 1554/1557: Aleve, Conus, Elve, Fichtenbaum, Forenholtz, Fuerenholtz, Hartzbaum, Kinholtz, Kyfferholtz, Nux pinea, Pin, Pin sauvage, Pinaster, Pinus, Pinus sylvester, Pinus Tarentina (Plinius), Pomme de pin, Pynappelen, Pynboom, Pynboom (wilde), Resina pinea, Resina pini, Resina strobilina, Teda, Zyrbel

[812]   2 Die wilde Pijnboom es van bladeren rouwer/ grover/ gruender ende meer stekende hy wast oock hoogher/ ende en es niet alleen boven in dopperste/ maer van den middele tot boven/ met vele tacken becleet. Sijn appelen sijn corter ende harder/ ende die nootkens die daer in ligghen sijn minder. Ende anders zoo es dese wilde Pijnboom den tammen ghelijck.

Uut desen boomen vloeyet een schoone claere vetticheyt diemen Herst heet/ ende alder meest uut den wilden/ ende die selve Herst vloeyet meestenCruijdeboeck deel uut die scorssen oft uut den houte/ maer somtijts wordt oock eenighe herfst in die appelen ghevonden.

 

Plaetse

1   Die tamme Pijnboomen wassen in Spaengien/ ende op die gheberchten van Italien.

2   Die Wilde worden in Duytschlant ghevonden/ ende wassen gheerne op hooghe berghen.

Tijt

Die vruchten van Pijnboomen worden in den Herfst rijp.

Naem

1   Dierste gheslacht wordt gheheeten in Griecx Pitys/ In Latijn Pinus ende Pinus sativa/ In Hoochduytsch Hartzbaum/ Fichtenbaum und Kynholtz/ In onse tale Pijnboom/ In Franchois ung Pin.

2   Dwildt gheslacht es ghenaemt in Griecx Pitys agria/ In Latijn Pinus sylvestris ende Pinaster. In Hoochduytsch Kyfferholtz und Forenholtz oder Fuerenholtz/ In Neerduytsch wilden Pijnboom ende Vuerenhout/ In Franchis Pin saulvage en Alevo.

Die vrucht wordt gheheeten in Griecx Conos/ In Latijn Conus ende somtijts oock Nux pinea/ In Hoochduytsch Zyrbel/ Hier te lande Pijnappele.

Die nootkens van desen appelen sijn ghenaemt in Griecx Strobiloi/ van Hippocrates Coccali. In die Apoteke Nuces pineae.

Natuere

Die scorssen van den Pijnboomen sijn drooghe ende tsamen treckende van natueren/ ende sonderlinghe die scelferen van den vruchten. Van ghelijcke natuere sijn oock schier die bladeren.

Die keernen van den nootkens sijn werm ende vochtich ende oock wat tsamen treckende.

Cracht ende werckinghe

A   Die scelferen van den vruchten ende die scorssen van den Pijnboom inghenomen stoppen den loop des buycx ende den bloetganck/ ende doen water ende die urine lossen. Tselve doet oock schier dwater daer sy in ghesoden sijn ghedroncken.

B   Item die selve heylen oock al daer tvel af ghewreven es/ ende sijn goet tot die verbrantheyt met scuym van silvere ende wieroock vermenght. Ende als tot dese scelferen oft scorssen coperroose ghedaen wordt zoo suyveren ende ghenesen sy oock die voortsetende sweeringhen ende ulceratien.

C   Die bladeren van den Pijnboomen ghenesen die versche wonden/ ende als sy in azijn ghesoden sijn zoo doen sy die pijne van den tanden vergaen.

D   Die keernen van den Pijnnootkens sijn goet voor die longhene/ sy suyveren die borst ende doen die fluymen lossen/ ende daer en boven zoo voeden sy oock wel/ ende maken redelick goet bloet/ ende daer om zoo sijn sy goet den ghenen die hoesten ende uutdrooghen in alle manieren ghebruyckt ende inghenomen.

E   Dese vruchten openen oock die levere ende nieren/ sy versueten die scerpicheyt van der urinen/ ende sijn daer om goet den ghene die met de steen ende graneel gequelt sijn .

Cracht ende werckinghe van den Herst zal hier naer verclaert worden.

 

^Naar het begin van deze pagina