Beginpagina van Plantaardigheden.nl
 

Leesmaar.nl
Dodoens en andere bijzondere boeken

Sitemap
Index

Plantaardigheden.nl
Artikelen over planten

Leeswerk.nl
Plantenboeken opengelegd

1554 Cruijdeboeck met transcriptie (overgeschreven)
A | B | C | D | E | F | G| H | IJK | L | M | N | O | P | QR | S | T | U | V | WXYZ

Voorwerk Nederlandse, Duitse, Franse, apothekers-, Latijnse en Griekse namen

Deel 1

Deel 2

Deel 3

Deel 4

Deel 5

Deel 6 Van der boomen, haghen, ende alle houtachtighe gewassen, en van huerder vruchten, gummen ende sapen ondersceet, fatsoen, naem, natuere, cracht ende werkinghe Planten Alfabetisch

Register van die cracht der Cruyden
 
Oude Nederlandse namen
* Project Dodoens
Woordenboek Nederlandsche Taal
Plantago PlantIndex
Letter: druk op CTRL, draai ook aan muiswiel
Bijgewerkt 21-01-2023

«  Cruijdeboeck deel 6 capitel 77, bladzijde 810-811  Zie volgende pagina »

Van Ibenboom.   Cap. lxxvii.

1  

Taxus baccata - Taxus

Tfatsoen

Taxus baccata - Taxus

Zie alle foto's van Bioweb Plantengids

Smilax, Cactos, Taxus, Tamariscus (ten onrechte), Ibenboom

  • 1644 Vlaams: Booghehout, Ibenboom, Taxus, Yevenhout
  • 1616 Latijn: Taxus [859]
  • 1554/1557: Cactos, Ibenbaum, Ibenboom, If, Tamariscus, Taxus

[810]   Die Ibenboom wordt groot ende hooch ende blijft altijt gruen. Sijn struycken sijn dick ende met grauw ghespleten scelferachtighe scorssen becleet. Die bladeren sijn donckergruen lanck ende smal ghelijck een veere/ van vele cleyne bladerkens aen een ribbeken tseghen malcanderen over wassende vergaert/ van den welcken elck besondere smal es ende langhere dan die bladerkens van Rosmarijn/ anders huer niet seer onghelijck. Die vruchten sijn schoon ronde besiekens/ wat meerder dan die Crakebesien anders huer oock niet seer ongelijck.

Plaetse

Ibenboom wast in Arcadien/ Italien/ Spaengien/ Vranckrijck ende Duytschlant/ hy wordt oock hier te lande in Ardennen bosch ghevonden/ Hier voortijts zoo heeft hy oock van den ongheleerden in die hoven gheplant gheweest voor Tamariscus.

Tijt

Die vruchten van Ibenboom/ worden in den Herfst rijp.

Naem

Dese boom es in Griecx ghenaemt Smilax/ ende als Galenus seyt Cactos/ In Latijn Taxus/ van den ongheleerden Apotekers Tamariscus/ In Hoochduytsch Ibenbaum/ dat es in onse tale Ibenboom.

Natuere

Die Ibenboom es heel fenijnnich/ ende der menschelijcker natueren heel contrarie.

Hindernisse

A   Die Ibenboom en wordt tot profijte van den menschen niet ghebruyckt/ hy es zoo scadelijck ende fenijnnich/ dat die ghene die onder die lombre van hem slapen/ daer af cranck worden somtijts oock sterven/ sonderlinghe als hy bloeyet ende in Gascongnien/ daer dese boom alder scadelijcxste es.

 

 

[811]   B   Als die menschen die vruchten eten sy crijghen ten alderminsten den loop des buycx/ ende die voghelen sterven daer af/ oft veranderen huere pluymen.

C   Die ongheleerde Apotekers ghebruycken die scorssen van desen boom voor die scorssen van Tamariscus/ ende daer aen machmen mercken wat grootter quaet die ongheleerde Apot